Observanda 1898

Observanda 1898

Scheepstype: tjalk

Bouwwerf: Van Vlaardingen te Gouda

Bouwjaar: 1898

Lengte: 1966 cm

Diepgang : 76 cm

Breedte : 422 cm

Kruiphoogte : 240 cm

Officiële thuishaven : Amsterdam

Motor : Ford

Bouwjaar van de motor : 1962

Vermogen van de motor : 95 PK

ENI-nummer :

   

Historie van de Observanda

De Observanda is een paviljoentjalk, gebouwd in 1897 bij Van Vlaardingen in Gouda voor het vervoer van grind op de IJssel. Het schip is begin 20e eeuw met drie meter verlengd, waardoor de totale lengte nu 19,66 meter bedraagt. Rond 1930 werd de mast verwijderd en een 1-cilinder 16 pk Deutz-Brons ruwoliemotor geplaatst. In de jaren 70 kreeg de Observanda een nieuw leven. Het schip werd opnieuw zeilklaar gemaakt en ingericht voor de chartervaart. Ook is de huidige motor een Ford Thames Trader 6-cilinder motor uit 1962 (95 pk) toen geplaatst. Tot 2010 heeft het zo gevaren, alvorens het uit de vaart werd genomen en deels is gerestaureerd. De huidige eigenaren Pip en Danne bouwen het schip verder af om weer mee te zeilen.

Eigenaren en Belangrijke Gebeurtenissen

1899 - J. van Schaik. De meetbrief vermeldt een lengte van 16,57 meter en een constructie van staal.

1927 - Pieter Bertus Groen. Het schip kreeg een nieuw brandmerk voor 10 gulden. Groen woonde aan de Middelsluis Westzijde in Numansdorp en was schipper van beroep.

1948 - Tounis Zwiers. Zwiers kocht de Observanda voor 3.000 gulden. Het schip was inmiddels een motorpaviljoentjalk, aangedreven door een 16 pk motor en zonder mast. Het schip lag in 1970 in Amsterdam waar het havengeld betaalde als ‘varend woonschip’.

19xx - Hans Piket. Hans Piket heeft het schip weer zeilklaar gemaakt.

1978 - Max van der Spoel. Max kocht de Observanda in Edam. Het schip was toen uitgerust met een Lister 4-cilindermotor en ingericht als woonboot. Na de koop ontdekte Max dat het eigenlijk gesloopt had moeten worden via de sloopregeling. Dit liep gelukkig met een sisser af.

Max kocht het schip als student en bracht het schip in gebruik voor de opkomende chartervaart. Hij onderhield het schip met de inkomsten van het charteren. Volgens een stuk in de Schuttevaer begin jaren 80’ kreeg van der Spoel te maken met een juridische strijd rondom de WIR-premie. Met steun van de BBZ (de Bond voor Beroepschartervaart) vocht hij tegen de belastingdienst. Destijds werden veel vrachtschepen omgebouwd voor de chartervaart, wat veel historische schepen redde van de sloop. De belastingdienst oordeelde dat de Observanda een pleziervaartuig was, waardoor Max geen recht had op de premie.

1984 - Jan Eisen. De timmerman Jan Eisen uit Wijckel werd eigenaar van het schip.

1989 - Boris Koeken. Boris Koeken, een ondernemer uit Oude Leije, nam de Observanda over.

1992 - Roel van Lier. Roel van Lier uit Arnhem kocht het schip. Tragisch genoeg overleed hij in 1992 toen hij na een feestje misstapte bij het betreden van het schip. Hij viel in de Rijn, waar hij later verdronken werd gevonden.

2010 - Arman de Groot
Scheepstimmerman Arman de Groot kocht het schip van de familie van Lier en heeft het schip grondig gerestaureerd. De mast was rot en ging er af. De mastvoet is naar achter geplaatst, om te compenseren voor de verlenging. Het paviljoen is verwijderd en het dek verlaagd waardoor er een ruime kuip is ontstaan. Het beton dat als ballast in het schip lag is verwijderd, ook zijn er nieuwe stukken in het vlak gezet. De roef is verhoogd en het schip is op moderne wijze geïsoleerd. Iets meer dan tien jaar heeft het schip bij Arman in Workum gelegen, waar hij ettelijke uren heeft besteed aan het vakkundig moderniseren, altijd met oog voor de originele lijnen van het schip.

2024 - Pip en Danne
Het schip heeft Amsterdam als nieuwe (tijdelijke) thuishaven gekregen. Pip en Danne bouwen de Observanda verder af tot zeilend woonschip.

De Observanda is afgebeeld in de volgende boeken:
Met Zeil en Treil (p.55)
Het Bruine Schuitenboek (p.173)